Paul Biegel was één van Nederlands meest geliefde schrijvers. Hij heeft een omvangrijk oeuvre op zijn naam staan, en heeft met zijn kinderboeken menig kinderhart gestolen. Zijn werken hebben de tand des tijds doorstaan en veel van zijn boeken zijn heruitgegeven. 25 maart 2025 vieren we het leven en werk van deze geliefde schrijver, die 100 jaar geleden werd geboren. Ter gelegenheid hiervan wordt zijn allereerste boek,  ‘De gouden gitaar’ opnieuw uitgegeven. In dit blog vind je behalve deze spiksplinternieuwe uitgave nog 10 andere succesvolle boeken van Paul Biegel.

Klik op de cover van een boek als je direct naar de tip wilt gaan om de hele review te lezen. En geniet van de prachtige boeken van deze geweldige schrijver die na zijn dood onverminderd populair is gebleven!

1. Het feest andersom 

‘Heb je weleens gehoord van het feest Andersom?’

Vandaag is het feest, want het is Andersomdag! Op deze dag moeten de vaders en moeders naar school en de kinderen doen het werk van de grote mensen. Ze werken onder andere als leraar, politieagente, verpleger of op kantoor. Grote mensen die te laat komen, spijbelende mensen, zieke mensen, de kinderen moeten het allemaal oplossen. Als dat maar goed gaat…

Een origineel en kleurrijk verhaal met een flinke dosis humor waar kinderen vanaf 4 jaar van zullen smullen.

2. Pak ‘m bij zijn staart

‘Maak een beetje vaart, pak ‘m bij zijn staart!

Een unieke dichtbundel waarin een 25-tal versjes van de hand van meesterverteller Paul Biegel verzameld zijn. Jeska Verstegen maakte de paginagrote illustraties erbij. Haar tekenstijl past perfect bij de sfeer van de gedichtjes, het is een heel vrolijke, warme gedichtenbundel geworden.

De versjes zijn geschikt voor kinderen vanaf een jaar of 4 en verder voor iedereen die het kind in zichzelf nooit is kwijtgeraakt!

3. De gouden gitaar

‘ Maar als hij overdag speelde en de muziek uit de braamstruik kwam, dan bleef er wel eens een haas stilstaan om te luisteren of een kraai hield even op met krassen.’

Sinds de ouders en grootouders van het kleine muisje Jodokus niet meer leven leidt hij een vrij eenzaam bestaan. Hij blijft liever in zijn holletje om wat op zijn gitaar te tokkelen, dan dat hij erop uit gaat. Dat komt omdat hij bang is voor Braat de uil. Maar op een dag wordt hij toch uitgenodigd voor een verjaardagsfeest en lukt het hem om onder begeleiding van een tiental vogels het feestje te bereiken. Het is gezellig, Jodukus durft zelfs een deuntje op zijn gitaar ten gehore te brengen voor de jarige. Maar helaas wordt het feest vroegtijdig afgekapt door plotseling noodweer. Jodokus ontkomt ter nauwer nood aan de verdrinkingsdood en beleeft, ver van huis spannende avonturen. Hij zou echter dolgraag terug naar huis willen maar weet niet hoe? Samen met Mia, een muisje dat hij per toeval ontmoette, bedenkt hij een plan…

Voor avonturiers vanaf een jaar of 5

4. De tovertheepot

“Het werd een mal feest, hoe meer thee ze dronken. Ze zeiden geen ‘u’ meer tegen de koning, ze duwden elkaar giechelend in de stoelen, ze deden verstoppertje door het hele huis, en ‘koekoek-hier-ben-ik,’ en ze dansten op de bedden.”

Een mol en een muis worden uit hun huis gejaagd door zeven brutale eekhoorns. Onderweg komen ze een egel tegen en met z’n drieën gaan ze op zoek naar een nieuwe plek om te wonen. Wat een geluk: in de ondergrondstad van de aardmannen staat nog één huis leeg! Na een week komt de koning op bezoek en geeft hij de mol, de muis en de egel een zilveren theepot cadeau. Als je daar thee uit drinkt, gebeuren er heel bijzondere dingen… Het is dan ook een ramp als die theepot wordt gestolen!

De tovertheepot is een betoverend sprookje dat je kunt voorlezen aan kinderen vanaf 4 jaar. Zelf lezen vanaf een jaar of 8.

5. Virgilius van Tuil

‘Vraag jij je ook weleens af als je over de hei wandelt waar die dwergen zich verborgen houden?’

De dwergjes van Tuil wonen met z’n honderden op de hei. Of eigenlijk met honderd één, want er is ook een dwerg Virgilius. Maar die zien ze nooit, want hij is altijd op avontuur, het liefst in de wereld van de mensen. Niet omdat hij nou zo dapper is, maar omdat hij gewoon nergens gevaar ziet. Als de andere dwergjes roepen hoe groot en verschrikkelijk gevaarlijk mensen zijn, roept Virgilius “O leuk!”

Een heerlijk dikke voorleesbundel over een vrolijke dwerg om in je hart te sluiten. Voorlezen kan al aan kinderen vanaf een jaar of 5, 6.

6. De dwergjes van Tuil

Stap in de wereld van de dwergjes en ontdek hoe leuk ze zijn.

Dit verhaal gaat over een dwergenvolkje dat met honderd man op de hei woont. Ze hebben daar een leuk, voorspelbaar leventje. Ooit waren ze met honderdenéén, maar sinds Virgilus is vertrokken om op avontuur te gaan zijn ze nog met honderd. De verschillende karakters en eigenschappen van de dwergen komen sterk naar voren in dit verhaal. Zo heb je bijvoorbeeld Zwing, de sterkste, Slem, de bangste en Tiriaan de slimste. Alhoewel, is dat wel zo?

Dit boek is geschikt om voor te lezen aan kinderen vanaf een jaar of 5. Zelf lezen kan ook. Tot een jaar of 8 zal het zeker nog in de smaak vallen.

7. Ik wou dat ik anders was

‘Ik wil heel anders zijn, en iedereen noemt me Anders, maar ik ben helemaal niet anders.’

Het verhaal gaat over Anders, die, je raadt het al, graag anders zou willen zijn. Hij is onhandig en hij vindt zichzelf niet slim. Hij moet de tafel van zeven uit zijn hoofd leren, maar het lukt maar niet. Hij vraagt een tovervrouw om hulp en die avond vindt hij een klein meisje in de vensterbank. Ze belooft Anders hem naar de Grote Tovenaar te brengen, want alleen hij kan Anders’ wens uitvoeren en zorgen dat hij ‘anders’ wordt. Het meisje maakt hem klein en Anders beleeft allerlei avonturen met de insecten en kleine dieren in de tuin. Hij komt telkens in benarde situaties terecht waar hij zichzelf uit moet bevrijden. Soms is Veertje bij hem, soms niet. Als de wind haar roept, vliegt ze met de wind mee. Anders leert tijdens zijn avonturen en de opdrachten die hij van de dieren krijgt, de tafel van zeven. De vraag is: kan hij de tafel van 7 straks echt helemaal goed opzeggen en wordt hij dan echt ‘anders’? Een mooi verhaal over accepteren wie je bent.

Je kunt dit boek al voorlezen aan kinderen vanaf een jaar of vijf. Zelf lezen zou kunnen vanaf zeven jaar. Én, ze zullen de tafel van zeven nooit vergeten!

8. De zeven veren van de papegaai

‘Woei-waai, waai-waai

zoek de veren

zeven veren

van de bonte papegaai…’

Als de vader van Doenja en Jorkos op een dag niet thuis komt van zijn werk maken zij zich grote zorgen. Het liefst willen ze hem gaan zoeken maar hun moeder verbiedt het, ze vindt dat veel te gevaarlijk. Hun vader is namelijk houthakker en het bos waarin hij zijn beroep uitoefent, is groot, donker en geheimzinnig. Moeder wil niet ook nog eens haar kinderen verliezen! Maar het tweetal negeert het verbod van moeder en ze trekken toch samen het bos in. Na een lange wandeling stuiten ze op het wolkenmannetje. Doenja herkent het kereltje, want ze heeft over hem gedroomd. Het mannetje geeft de kinderen aanwijzingen om hun vader terug te vinden. De nevelkoningin heeft hem gevangen genomen, zo zegt hij. In ruil voor zeven veren van de bonte papegaai zal ze hem weer vrij laten. Krijgt ze die veren niet dan is vader gedoemd tot een levenslang gevangenschap. Als Doenja en Jorkos dit aangehoord hebben weten ze wat hun te doen staat: ze moeten direct op zoek naar de bonte papegaai, het is hun enige kans om hun papa te bevrijden. Maar waar vinden ze de papegaai en als ze hem vinden, hoe krijgen ze dan die veren te pakken? Het wordt een hachelijk avontuur, vol magische en spannende gebeurtenissen. Gaat het broer en zus lukken om hun vader te bevrijden?

Wil je weten of Doenja en Jorkos hun vader kunnen bevrijden uit handen van de nevelkoningin en hou je wel van een beetje geheimzinnigheid? Dan is dit boek echt iets voor jou! Voorlezen voor kinderen vanaf 5 jaar, zelf lezen vanaf een jaar of 7!

9. Nachtverhaal

‘Een mooi verhaal met daarin een nog mooier verhaal.’

In een oude villa woont een huiskabouter die elke nacht stilletjes rondgaat om te kijken of alles in orde is. Tijdens een stormachtige nacht krijgt hij bezoek van een prachtige fee met een gebroken vleugel. Hij weet eigenlijk niet of hij haar wel kan vertrouwen. Maar elke nacht vertelt ze een stukje van haar levensverhaal en dat verhaal is zo spannend, zo griezelig en wonderschoon, dat hij steeds meer wil horen, nacht na nacht na nacht. Het neemt de kabouter zo in beslag dat hij nergens meer aan toekomt en al het andere vergeet. Dat merkt de oude vrouw bij wie hij in huis woont en de gevolgen daarvan zijn nog spannender dan het nachtverhaal zelf…

Zoals de titel al doet vermoeden, speelt dit verhaal zich hoofdzakelijk af in de nacht. Logisch, het gaat immers over een andere wereld dan de onze. Het speelt zich af in de wereld van de kabouters, elfen, feeën, tovenaars, trollen en pratende dieren. Toch blijkt die andere wereld verrassend veel raakvlakken te hebben met die van ons. Er is echter één groot verschil: De mens is sterfelijk en de nachtwezens niet. Hoe zal dat aflopen voor de fee, wiens innige wens is de dood te kunnen ontmoeten?

Voor kinderen vanaf een jaar of 7.

10 De rover Hoepsika

‘Een humoristisch verhaal over een rover met keurige omgangsvormen.’

Hoepsika staat er na de dood van zijn moeder alleen voor. Om zich in zijn levensonderhoud te voorzien besluit hij rover te worden. Niet echt een status om trots op te zijn, maar Hoepsika vervult de rol met verve. Weliswaar besteelt hij zijn slachtoffers, maar nooit scheldt hij ze uit, of bedreigt hij ze met de dood.

Dit in tegenstelling tot de rover IJzergreep, die er juist wel op uit is om mensen totaal ten gronde te richten. Zo ontvoert hij het mooie meisje Josefine en houdt hij haar gevangen in zijn ijzingwekkende kasteel. Geen mens die het aandurft haar te bevrijden.

Een echte klassieker (1977) geschikt voor kinderen vanaf een jaar of 7. Maar ongetwijfeld zal dit in charmante taal geschreven verhaal over een charmante rover ook bij de volwassen lezer in de smaak vallen. Bij mij doet het dat zeker!

11. De kleine kapitein

‘Vaar mee op de Nooitlek, trotseer het gevaar en vertrouw op De kleine kapitein!’

De kleine kapitein bouwt helemaal zelf van een badkuip, een kachel, een stoelpoot en een fietsketting een boot: de Nooitlek. Als op een nacht door een hoge omgekeerde golf zijn boot van het duin wordt getild, zet De kleine kapitein samen met de verstekelingen Marinka, dikke Druif en bange Toontje koers naar het eiland van Groot en Groei. Want daar kun je in een nacht groot worden en wie wil dat nou niet? Op het eiland doen de vier een ontdekking die leidt tot een nog groter avontuur. Samen met zijn trouwe bemanning bevaart De kleine kapitein de wereldzeeën, belandt op de vreemdste plekken en trotseert de grootste gevaren.

Het boek is geschikt voor kinderen vanaf een jaar of 6.