In de zomertijd, met dat lekkere weer
Pak je een boek en ploft ergens neer
Wanneer ’t dan goed is
Lees je bladzij, lees je bladzij na elkaar
(Een vrije vertaling op Mungo Jerry’s In the Summertime)
De zomervakantie! Een paar weken even he-le-maal niks, hebben we daar niet allemaal zin in? Geen wekker, dus ’s avonds lekker doorlezen omdat je kunt uitslapen of tussen al het spelen door even tot rust komen op de bank met een goed verhaal. Wellicht ben je heel lang op reis naar je vakantiebestemming, ook een ideaal moment voor een goed (luister)boek! Lezen kan altijd en overal, heerlijk! Geen idee welke boeken je zou kunnen lezen? Wij hebben er een aantal op een rijtje gezet. Boeken met weetjes of liedjes, boeken om te leren lezen, voor te lezen of samen te lezen… voor elk wat wils! Geïnteresseerd? Klik op de cover van het boek voor meer informatie! Of weet jij nog een leuk boek voor ons? Ook dat horen we graag!
“‘Ik sta op de boot naar Denemarken!’ app ik Hiva. Ze appt terug: ‘You go girl, zie je gauw!’ Ik heb pijntjes overal, maar voel me toch een beetje trots dat ik hier sta.”
Na een heftige gebeurtenis in haar familie stapt Rifka op de fiets richting Noorwegen. Het vertrek valt haar zwaar en in haar tentje voelt ze zich vaak alleen, maar ze geeft niet op. Fietsend door weer en wind probeert Rifka de benauwende strenggelovige omgeving waarin ze opgroeide achter zich te laten. Loskomen van het geloof en worstelen met haar geaardheid is al een hele klus, maar ze moet ook leren leven met het grote verdriet dat haar is overkomen.
Met vallen en opstaan en met hulp van de mensen die ze tegenkomt leert Rifka weer meer van zichzelf te houden, en haar eigen weg te vinden.
‘De postbesteller wist wat zijn komst teweeg kon brengen, Brieven brengen bijna altijd voorspoed of onheil. De wissewasjes van het leven verdienen nu eenmaal geen postzegel.’
Zes broers worden opgeroepen om dienst te nemen in het leger. Op weg naar het front moeten ze zich melden bij een grenspost. Geschikte giften of geld om de grens te kunnen passeren, bezitten de broers niet. Verhalen kennen ze echter in overvloed. Verhalen over een behekst meer, over een poppenspeler die over lijken gaat om succes te hebben en over een jongeman die zo mooi is, dat de mannen uit zijn dorp hem van pure jaloezie het liefst een kopje kleiner maken. De broers vertellen en vertellen alsof er een leven van af hangt. En dat is ook zo.
‘Ik schud mijn hoofd. Knijp in mijn broek. Alles is al geregeld en ik kan er niks meer aan veranderen. Ik moet naar een vetkamp.’
Social death!
Dat vindt Sarah (14) van het afvalkamp dat haar ouders voor haar hebben geregeld.
Maar als ze slank wordt zou dat eigenlijk wel AL haar problemen oplossen. Dus wat als het kamp nou eens doet wat het belooft? Dan ziet Lucas haar misschien eindelijk staan…
En niemand hoeft er toch iets van te weten?
‘Hij wilde het kussen dat achter zijn bed was gevallen oprapen toen hij ineens een papiertje zag liggen. Een rilling liep over zijn rug toen hij het opraapte. ‘Vertrouw niemand’, stond erop geschreven. Het handschrift leek verdacht veel op de bloederige letters op het bord.’
Na het overlijden van zijn moeder verdwaalt Jelmer het liefst in boeken van Harry Potter en In de ban van de ring om geen pijn te hoeven voelen. Maar dan wordt hij naar zomerkamp Elmwood gestuurd. Al snel komt hij erachter dat zijn medebewoners iets voor hem verborgen houden en dat er een duister geheim schuilt in Elmwood. Een kwaad ontwaakt …
‘Het was een ongeluk. Dat wist hij zeker, al was er geen duidelijkheid over wat er precies gebeurd was. Niemand had haar namelijk in het verblijf van de hyena’s zien vallen.’
Tristans klasgenote Lisa is zwaargewond geraakt door in Beekse Bergen in het hyenaverblijf te vallen. Alles wijst op een ongeluk, tot een bekende afzender Tristan een foto stuurt met een boodschap die iets anders doet vermoeden. Even later laat diezelfde onbekende hem weten dat ook de dood van Tristans broer én Lisa’s vriend Benjamin, die onlangs verdronken is, geen ongeluk was. Tristan gaat op onderzoek uit en stuit op allerlei geheimen. Er blijken drugs in het spel te zijn. Krijgt Tristan de waarheid boven tafel? En moet hij ook vrezen voor zijn leven?
‘Terwijl ze zich over haar werk boog, duwde ze haar vuisten in haar buik. Het kon nog misgaan. Het kon nog goedkomen.’
‘Nu heb ik een Joods zusje,’ zegt Rivka en ze lacht naar me. Mijn lippen krullen zich. Het is een grap, maar ondertussen heeft Rivka het maar mooi gezegd. Een Joods zusje. Dat is méér dan vriendinnen.
Haarlem, 1961. In het jaar dat het Eichmann-proces loopt, moet de zestienjarige Ditte een schoolopdracht maken over de Tweede Wereldoorlog. Ze wordt gekoppeld aan een nieuw meisje in de klas, Rivka. Maar Ditte weet vrijwel niets over het oorlogsverleden van haar moeder, Nora. Ze weet zelfs niet wie haar biologische vader was. Wanneer Ditte op onderzoek uitgaat, ontdekt ze de onthutsende waarheid achter haar moeders stilzwijgen.
1943. De zestienjarige Nora wil léven: de liefde, dansen, gelukkig zijn. Maar door de Duitse bezetting komt haar wereld tot stilstand. Tijdens een verzetsklusje ontmoet ze een jongen op wie ze niet verliefd wil worden, maar het blijkt onontkoombaar. Deze liefde verandert haar leven – en dat van Ditte – voorgoed.
‘Het is het water dat,
water denk niet aan later
en praat niet van vroeger,
maar blinkt in de zon,
en golft en kabbelt,
dat stromende water,
vertelt zonder praten
hoe alles begon.’
Voorbij de zee daar ligt een strand
van heel fijn warm zacht schelpenzand.
Het is oogverblindend wit,
geen zonnebader die er zit,
want niemand is er ooit geweest,
behalve jij die dit nu leest.
“‘Ik ben Eslin.’ Het zinnetje zeg ik meerdere keren per dag hardop, uit angst mijn naam te vergeten.”
Iedereen kent het verhaal van Eslin. Zij is vorig jaar na het schoolfeest verdwenen en nooit meer teruggevonden. Een jaar later is Lucy nog altijd naar haar op zoek. Wat is er met Eslin gebeurd? Dan wordt er opnieuw een schoolfeest georganiseerd. Het lijkt erop dat Lucy eindelijk antwoorden gaat krijgen. Maar die brengen haar gevaarlijk dicht bij de ontvoerder…
“‘Laat je mij weten wanneer je er klaar voor bent of wil je…’
‘Over vijftien dagen,’ zeg ik, zonder aarzelen.”
Lissa ligt op sterven. De artsen hebben haar opgegeven. Maar vanaf haar bed heeft Lissa perfect uitzicht op de straat. Al snel bedenkt ze dat ze nog iets wil doen. Iets van betekenis. Iets groots. Ook al komt haar einde steeds dichterbij.
‘Maanlicht glijdt de kamer in. Ik neem Lievens hoed en zet hem op. Ik kan niet geloven wat ik zie. In de spiegel staat een jongeman. Hij ziet eruit als iemand die ik al jaren ken maar die ik nog nooit goed heb bekeken.’
Stans is 18 jaar in 1808. Ze houdt nooit haar mond, liegt als de pest en doet alles wat niet mag. Ze droomt ervan Gent achter zich te laten en iets van de wereld te zien. Daar wordt abrupt een einde aan gemaakt als haar vader failliet dreigt te gaan. Stans moet met een opdringerige geldschieter trouwen. Hij heeft dan wel een bad met warm water en koopt zijden kleren voor Stans, maar haar huwelijk is een gouden kooi. Zelfs het leven van een soldaat in het leger van Napoleon lijkt haar aantrekkelijker. Maar dan moet ze wel tot elke prijs verborgen houden dat ze eigenlijk een meisje is…
‘… en nog geen seconde later lag ik beneden in een vreemde pose in het midden van de straat, als paarden tussen de klaver, niet schuimbekkend maar toch vreemd grijnzend, en vooral… in een immense plas bloed.’
Jowi, 17 jaar, ligt in coma in het ziekenhuis na een val van een betonnen brug. Op zijn hand staat ‘sorry’ geschreven. Zijn vrienden herinneren zich van de avond van het ongeluk niet veel meer dan een spelletje truth or dare. Of dat zeggen ze tenminste. Zeker is dat er veel lege bierblikjes liggen onder de brug. En dat Jowi daar plots lag te bloeden. En dat de zoon van de schooldirecteur die nacht meer heeft gezien dan hij vertelt. Het is wachten op de waarheid tot Jowi ontwaakt…







