“Heb ik je ooit verteld over de magische Gouden Haas?”
“De wat…?” vroeg Meara”.
Meara en opa gaan op zoek naar de Gouden Haas, een magisch wezen dat van gedaante kan wisselen en naar de maan kan springen in tweeënhalve sprong! Onderweg ontdekken ze allerlei andere schatten in de bomen, onder de grond en tussen de golven.
En misschien zit de Gouden Haas daar ook wel verstopt…
In drie woorden
Magisch, informatief, kleurrijk
In meer woorden
Wanneer Meara en opa op een dag bij het water zitten, vraagt opa haar of ze ooit de magische Gouden Haas heeft gezien. Meara begrijpt er niks van. De magische Gouden Haas, wie of wat zou dat zijn? Toch wordt ze nieuwsgierig door de verhalen die opa over deze Gouden Haas vertelt en wil ze hem gaan zoeken. Gelukkig heeft opa een natuurdagboek dat hen zeker hierbij zou kunnen helpen. Samen trekken ze, met hun zware rugtassen, het bos in. Ze komen van alles tegen, zoals bijvoorbeeld een nest vol eieren. En ze luisteren naar het prachtige lied van het winterkoninkje. Zal het hen lukken om de magische Gouden Haas te vinden?
Paddy Donnelly heeft weer een parel van een prentenboek geschreven. Dit keer neemt hij ons mee in het verhaal van Meara en haar opa. In het verhaal merk je dat ze een goede band samen hebben. Opa kan zijn liefde voor de natuur met haar delen en haar enthousiasmeren om op zoek te gaan naar de magische Gouden Haas. Onderweg komen ze van alles tegen dat lijkt te schitteren… natuurschatten! Doordat opa haar elke keer feitjes over deze natuurschatten kan vertellen, leer je als lezer ook ontzettend veel. Zo leren we dat er onsterfelijke kwallen zijn, en dat papegaaiduikers zich ook graag verstoppen in holletjes, net als de das.
Dat Paddy Donnelly voor de Gouden Haas heeft gekozen is overigens niet geheel toevallig. Zelf groeide hij op in Ballycastle, aan de kust van Noord-Ierland. Volgens Paddy is het een plek vol ontzagwekkende landschappen, mythische figuren en dieren die van gedaante verwisselen. En ja, het zal je misschien verbazen, maar de Gouden Haas bestaat dus echt!
Het verhaal leest ontzettend vlot en laat je nadenken over al het moois wat onze wereld te bieden heeft. Eigenlijk laat het ons ook beseffen hoe dankbaar we daarvoor moeten zijn en dat wij, als mens, moeten zorgen dat dit nooit gaat verdwijnen. De illustraties laten niets aan de verbeelding over. Het zijn ware zoekplaten waar op van alles te ontdekken valt. Door de kleine details kun je de haren op de wesp bijna tellen.
Een prachtig prentenboek over onze wonderlijke natuur, voor iedereen vanaf 4 jaar.
“De wereld heeft niet genoeg bladzijden om al haar unieke schatten te omvatten.”
