“ ‘Zevende weg?’ ‘Ja, de Zevensprong zou niet Zevensprong heten als er geen zeven wegen waren! Dat zou tegen elke logica indruisen’, zei de heer Thomtidom.”
Frans van der Steg is de meester van de vijfde klas. Hij vertelt zijn leerlingen avonturen die hij zogenaamd zelf heeft beleefd. De kinderen geloven er geen woord van, maar ze luisteren vol spanning. Op een dag kan Frans niets verzinnen. Daarom zegt hij dat hij wacht op een brief met een opdracht. En ’s avonds, met een bliksemflits en een donderslag, komt die brief binnenwaaien!
Is het een grap van de kinderen?
In drie woorden
Klassieker, schatzoekers, fantasievol.
In meer woorden
Een jonge onderwijzer, Frans van der Steg genaamd, geeft les aan de vijfde klas (groep 7) van een dorpsschooltje. Hij weet de kinderen dagelijks te boeien met een spannend verhaal dat hij zogenaamd zelf heeft meegemaakt. Tot hij op een dag geen puf heeft voor weer een nieuw zelfverzonnen avontuur. Daarom spelt hij de kinderen op de mouw dat hij op de ontvangst van een belangrijke brief wacht. Hoogst verbaasd is hij als hij de volgende dag echt een belangrijke brief ontvangt. In de eerste instantie denkt hij dat zijn leerlingen erachter zitten maar al gauw blijkt dat dit niet zo is, of toch wel? Frans z’n nieuwsgierigheid wint het in ieder geval van zijn terughoudendheid en zo gebeurt het dat hij langzaam maar zeker onderdeel wordt van zijn eigen verzinsels. Hij wordt aangesteld als onderwijsgouverneur op een mysterieus, oud kasteel waar hij Geert-Jan, een jongen van 11, twee keer per week les moet geven. Zo komt hij er achter dat het kind tegen zijn zin op het kasteel wordt vastgehouden en ook dat er een verborgen schat in het trappenhuis zou liggen. Maar niemand kan deze schat vinden, ook de afstandelijke graaf, die als voogd van het jongetje is aangesteld, heeft geen idee waar hij moet zoeken…
Het lied ‘De zevensprong’ draagt bij aan de opbouw van het verhaal, en is betekenisvol voor de afloop ervan. Tonke Dragt weet fantasie en werkelijkheid op een eigenaardige manier te mengen, als lezer moet je goed opletten om te kunnen volgen hoe het zit. Zo hebben de personages meerdere gezichten en is het lastig om te ontwaren met wie je op een bepaald moment van doen hebt. Naar gelang het verhaal vordert wordt alles duidelijker. Deze persoonsverwarring, de geheimzinnige locatie en de rol van de poes dragen bij aan het mysterieuze karakter van het verhaal, dat zeker ook onderliggende boodschappen heeft. Zo is vriendschap cruciaal, speelt vertrouwen een belangrijke rol en wordt er uiteindelijk meer waarde gehecht aan geluk dan aan een waardevolle schat.
Deze klassieker is een echte Tonke Dragt, ze neemt je mee in haar tomeloze fantasie, stelt je voor raadsels, zet je steeds op het verkeerde been en laat je nadenken over waar het echt om gaat in het leven.
Enig nadeel van dit verhaal kan zijn dat het gedateerd is. De setting waarin het zich afspeelt refereert vaak aan de jaren 60, logisch als je weet dat de eerste druk van het boek al in 1966 was. Een veldwachter, een hospita, 2 zakjes patat voor slechts 70 cent, een nozem, een meester die op een podium zit tijdens het lesgeven en jezelf wassen met water uit een lampetkan, zijn zo van die dingen die de kinderen van nu niet meer zullen kennen. Anderzijds is het wellicht ook interessant en leerzaam om te lezen over de manier van leven in de jaren 60. Je zult bijvoorbeeld ook merken dat mensen formeler met elkaar omgingen en dat men roken heel normaal vond!
Maar… laat je vooral niet weerhouden om deze klassieker te lezen want als het spannende avontuur van meester Frans eenmaal begonnen is, zul je merken dat je het boek moeilijk aan de kant kunt leggen. Het is heel spannend! Er staan ook aardig wat illustraties in, die zijn getekend door Tonke zelf.
In 1982 is het boek verfilmd. ‘De Zevensprong’ was toen in afleveringen van een half uur te zien op TV. Je kunt deze serie nu nog steeds bekijken op internet.
Geschikt voor kinderen vanaf een jaar of 10 die wel houden van een spannend verhaal uit de jaren 60!
