
‘Ik hou echt heel heel, HEEL erg van mijn scheten!
Ik tetter de hele dag, voor én na het eten!
Een ‘goedemorgen’-PLOP! Een pruttelende WIND!
Maar nu hoor ik toch een geluid.
Ik weet niet wat ik daarvan vind!’
Guus probeert erachter te komen wie er zulke enorme knetterende tetters laat!
Wie is toch die super-scheter?
Een b(r)oek vol pruttels, toeters en knetters van de makers van de bestseller ‘Ik moet echt heel nodig poepen!’
In drie woorden
scheten, ruften, darmgas
In meer woorden
We kennen Guus dus al van ‘Ik moet echt heel nodig poepen!’, maar ook nu beleeft hij weer een avontuur waarvan de jongsten op zullen springen alsof ze net een knetterscheet hebben gelaten! Hilariteit ten top.
Guus hoort een geluid dat hij niet kan plaatsen. Zijn eigen scheten maken veel kabaal, maar nú hoort hij toch wel een herrie in het bos! Hij besluit op zoek te gaan naar de bron van dit gereutel…
Het boek doet, vanwege de rijmschema’s in het verhaal, denken aan de prachtige prentenboeken van Rachel Bright. Maar verwacht geen diepere moraal in dit verhaal, het gaat gewoon lekker over poepjes, scheetjes en gepruttel. Ook wel fijn, als een prentenboek eens lekker op het randje is!
Daardoor is het absoluut geschikt voor kleuters die het eens goed over vieze praatjes willen hebben!