‘Bij elke stap beukt de harde zijkant tegen mijn scheenbeen, maar de koffer met het hoofd erin is niet mijn
grootste probleem’.
Iedereen op de kermis kijkt raar op als er na een hagelbui opeens een grote, zwarte tent tussen hun kramen wordt opgezet. De jonge poppenspeelster Matje is razend nieuwsgierig naar de Engelssprekende nieuwkomers. Zouden deze mensen haar iets kunnen vertellen over Amerika, het land van haar dromen? Wat ze niet weet is dat de komst van de nieuwe kermisreizigers haar hele leven overhoop zal gooien. Na een vernietigende brand slaat Matje met haar zusje Kee, vriend Puf en aapje Toets op de vlucht. Ze slepen een koffer met wonderlijke inhoud mee. Wat heeft deze inhoud te betekenen? En zal het de kinderen lukken hun grote droom waar te maken?
In drie woorden
Geschiedenis, mysterie, avontuur
In meer woorden
Wat een heerlijk boek! We gaan ongeveer 100 jaar terug naar het begin van 1900, waar Matje samen met haar zusje Kee op de kermis woont. Na de eerste zin gelezen te hebben, ben je direct nieuwsgierig. Er wordt gesproken over een hoofd in een koffer. Wiens hoofd dan? En hoe komt het in die koffer terecht? Na de proloog ga je een dag terug in de tijd en lees je hoe Matje en Kee op de kermis leven. Samen verzorgen ze het poppenkastspel voor de jongste bezoekers. Hun ouders zijn omgekomen bij een ongeluk en sindsdien slapen ze bij hun nare baas Bonker en zijn zoon Puf aan boord van een schip. Op een nacht is er brand op de kermis en Matje heeft het idee dat zij daar de schuld van zal krijgen. Samen met haar zus Kee en vriend Puf slaat ze op de vlucht. Puf staat erop dat ze de koffer van Bonker meenemen. Hij kan niet spreken, maar maakt duidelijk dat de inhoud erg belangrijk is voor hem. Er zitten voorwerpen in van zijn overleden moeder; en een hoofd…
Toen de ouders van Kee en Matje nog leefden, hadden ze de droom om ooit naar Amerika te gaan. Hun moeder was hiervoor aan het sparen, maar dat geld heeft Bonker ingepikt toen ze wees werden. Matje zou deze droom nog graag waarmaken. Op hun vlucht komen ze erachter dat een Amerikaans circus rond Nederland trekt en ze proberen ze het circus te bereiken. Dat is zo gemakkelijk nog niet…
Het boek is heel fijn geschreven. Het leest vlot door de opmaak en de lettergrootte. Je vliegt door het verhaal heen. Daarnaast wordt je nieuwsgierig gemaakt en wil je verder lezen om erachter te komen hoe alles in elkaar zit en natuurlijk wil je weten wat er in die koffer zit en wat het met Puf en Bonker te maken heeft. Ook leer je wat over de tijd waarin het verhaal zich afspeelt. Het boek is zo beeldend geschreven, dat je de kermis en bijvoorbeeld de stoomtrein zo voor het ziet. De groeiende vriendschap tussen de kinderen is ook mooi beschreven. In het boek, met de prachtige cover, zijn een aantal zwart/wit illustraties te vinden van de hand van Sophie Pluim.
Voor kinderen vanaf 9 jaar die houden van een spannend en mysterieus avontuur.
