
‘De eerste spoorlijn van Nederland werd in 1839 geopend en lag tussen Haarlem en Amsterdam. Reizen ging nog nooit zo snel en dat smaakte naar meer!’
Hoe kwamen stoomlocomotieven op gang en hoe werken de treinen van nu? Hoe bestuurt een machinist een trein? Wat was het grootste treinongeluk van ons land? Hoe werken de duizenden seinen, wissels, overgangen, bruggen en tunnels? Kan een trein met de snelheid van het geluid rijden?
In dit grote kijk- en weetboek laat Simone Bijlard met haar gedetailleerde tekeningen zien hoe het Nederlandse spoor werkt. Voor beginnende en gevorderde treinfans.
In drie woorden
Nederland, Spoorwegen, technologie
In meer woorden
Als je het boek openslaat word je direct verrast door afbeeldingen van verschillende soorten treinen van vroeger en nu. Met soortgelijke afbeeldingen eindigt het boek trouwens ook, maar voordat je daar bent heb je al heel wat kennis over dit vervoersmiddel vergaard. Want je hebt een informatieboek in handen dat alles uit de doeken doet over het Nederlandse spoor en alles wat daarbij hoort. De auteur start het boek vanaf het punt waarvandaan ook de treinen vertrekken, namelijk het station. Ze vertelt niet alleen over het functioneren van een station maar voegt daar ook interessante weetjes aan toe. Als je wilt weten waarom Den Haag ook wel station sjoelbak wordt genoemd en wat een kopstation is, dan vind je op deze bladzijde het antwoord. Vergezeld van een mooie plaat met (grappige) details: de ondergrondse fietskelder, een poepende duif in de lucht, de bezigheden van de mensen in de stations flat, de wc… Je raakt niet uitgekeken. En dit is nog maar het begin, want deze trend zet zich gedurende het hele boek door!
Naast bovengenoemde leerzame, gedetailleerde maar ook vaak grappige informatie is er ook veel aandacht voor de technologische kant. Met verduidelijkende tekeningen van de betreffende objecten. Als je geïnteresseerd bent in techniek zul je ervan smullen. En mochten de tekeningen vragen oproepen dan is er achter in het boek nog een lijst waarin enkele technische termen uitgelegd worden.
De infrastructuur komt ook aan bod omdat dit natuurlijk alles te maken heeft met dit vervoersmiddel. Zo is er ook een uitleg over de werking en aanleg van spoorbruggen en tunnels. En wordt er verteld hoe de treinrails onderhouden wordt.
Als je terug in de tijd wilt kun je natuurlijk veel opsteken in het spoorwegmuseum in Utrecht. Net als in dat museum neemt de auteur van dit boek je ook mee terug naar de tijd van de stoomtrein. Er is tevens een plaat in het boek waarop je het spoorwegmuseum ziet. Ik ben er pas nog geweest en kan je verzekeren dat de afbeelding overeenkomt met de werkelijkheid. Een bezoekje aan het spoorwegmuseum is sowieso een goede aanvulling op alles wat je in dit boek kunt lezen!
Het is een veelzijdig boek met veel aandacht voor details over alles wat met treinen te maken heeft. Wat hierboven beschreven staat is slechts een tipje van de sluier. Trouwens, misschien kende je Simone Bijllard al van het boek Dwars door Amsterdam, met dwarsdoorsnedes van bekende Amsterdamse gebouwen.
Van Apekop tot Dwarsligger is geschikt voor beginnende én gevorderde treinfans vanaf een jaar of 8.